Bij zonsopgang is het eerste wat we doen, een ronde van de
boot om alles te checken en om de vliegende vissen, die
zich tijdens de nacht op ons dek hebben gezelfmoord, terug
in zee te gooien. Elke ochtend liggen er een stuk of 10.
En een paar octopusjes. Gisterenavond is er een vliegende
vis tot binnen in de boot gevlogen. Sepke schrok zich rot
toen ze net van tafel opstond, om haar bord weg te zetten
in de keuken, en die vis voor haar voeten landde.
Na onze dekinspectie hebben we opnieuw de gennaker
gehesen. Sinds gisteren zijn we van de zware
omstandigheden en onze hoge snelheid af. Onze ETA
(vermoedelijke aankomsttijd) is met een dag achteruit
geschoven. Niet erg. Zoals het nu gaat, mag het bijven
duren. De zee is bijna vlak, er staat iets te weinig wind,
de felle zon schijnt door het ballonzeil en kleurt alles
rood onder zich. Champagnezeilen. Dat is het. Maar zonder
champagne en sjiek volk.
Donderdag 29 april 2010 - Dag 15
De hele nacht hebben we ons rood ballonzeil laten staan.
De omstandigheden waren optimaal. Net als de zon
onderging, kwam de volle maan op en bij zonsopgang, ging
de maan onder. De wind bleef rustig 3 à 4 Bft waaien en er
waren geen squalls in zicht.
Vandaag experimenteren we met een ander soort aas, dat ik
van de Elena gekregen heb voor m'n verjaardag. Het is een
grote, groene houten nepvis met speelgoedogen en zwarte
strepen. Daar zouden grote barracuda's, koningsmakrelen,
tonijnen en wahoo's in geïnteresseerd moeten zijn. En wij
in hen.
Verder niet veel speciaals. Het is hier Brel-dag. Om in de
mood te komen. Hier heeft hij ook gevaren. Hij heeft ook
gedacht: nog een dag of vier, vijf.
We mailen wat en halen een paar mailtjes binnen met
Belgisch nieuws. De regering is gevallen over BHV en de
kerk wentelt zich in eigen schandalen. Niks veranderd in
ons platte land. Blij dat wij hier wel vooruit gaan. Nog
700 mijl.