Een schitterende en bijzonder lange zeildag achter de rug (van 6 tot 21u). Heerlijk was het om terug te kunnen varen en we hebben ervan geprofiteerd om door te varen. Heel even hebben Haike en ik ons afgevraagd of we Sepke aan het martelen zouden zijn, moest ze een gebroken pols hebben, of dat we ons teveel zorgen aan het maken waren. Wellicht heeft Sepke het zware beendergestel van Haike geërfd, en is er niks aan de hand. Onbreekbaar namelijk.
Doorheen de Solent waar de Cowes-week aan de gang was, schitterend om al die zeilboten te zien. Allerlei race-zeilboten, mothjes, reuzecat’s… Het was de omweg meer dan waard. En onze twee jongens die keken niet op van het kleine rode Playmobil speedbootje dat sinds deze ochtend achter onze boot wordt meegesleept.
Dat kleine Playmobilbootje heeft ervoor gezorgd dat we ons Man Over Boord manoeuvre nog eens goed ingeoefend hebben. Flor had het touwtje even niet goed vast gemaakt… Zo’n klein bootje terugvinden op zee is geen evidentie. Gelukkig waren er de toewijding van Ward (onze wijzer), de arendsogen van Haike en het visnetje van Flor.
Dan verder richting Weymouth, waar we zouden aankomen rond 22u. Een kleine tien mijl voor Weymouth ligt Lulworth Cove. Een van de mooiste baaitjes van Engeland. De wind staat er niet optimaal voor, maar onze goesting om op dat mooie plekje te liggen heeft het gehaald op de wetenschap dat we een nachtje gaan liggen rollen en schudden. We zijn erin gedraaid, en nu liggen we er voor anker.
‘t Is hier waarlijk prachtig. Er zijn nog twee andere bootjes die hier liggen en that’s it. Paradijsje.
Ah ja, ‘t is wel een Engels paradijsje. Het regent.