Op South Molle staat een van de oudste resorts van de Whitsundays. In 1934 kwam hier ene E M Bauer wonen met zijn vrouw en startte een klein resort op waar passanten thee aangeboden kregen.
We ankeren in Bauer Bay, vlak voor het huidige resort. Tikkeltje vergane glorie, het is een resort geworden voor backpackers en het is zowaar bijna leeg. Voor vijf dollar mogen we van de faciliteiten van het resort gebruik maken. Zwembad, wasserette, douches, en … een golfcourt !
Nog nooit gedaan, maar Jim van Sea Level heeft in een vorig leven een zee van tijd gesleten op golfcourts, dus hij is de perfecte golfleraar. Er is één groot nadeel aan leren golfen in Australië. Als je je balletje verloren bent in het hoge gras, is het spannender dan benjispringen om het terug te gaan zoeken. Vanwege de slangen die er wonen.
Ondertussen maken Haike, Kent en de kinderen de wandeling naar Spion Kopf, met mooi zicht op de baai.
9 holes en 7 golfballetjes later ben ik zot van dat golven. Geestig spelletje. Enfin, zolang het gratis is.
Een ander pluspunt aan dat resort op South Molle is dat er kokosbomen groeien. En omdat er geen kat in dat resort is, mogen we er zoveel nemen als we willen. De machete wordt geslepen en doet overwerk. Wat hebben we dat gemist sinds Fiji: een goeie verse kokosnoot!
Voor we ‘s anderendaags naar het volgende eiland zeilen, zijn we nog eens snel 9 holes gaan spelen. ‘t Ging al wat beter: slechts vier golfballetjes onvindbaar tussen de slangen geschoten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten