zaterdag 22 januari 2011

Capertee Valley, een memorabel farmbezoek

“Yeah, mate! You should come and visit my parents’ farm, mate!”

Simon, onze zeilbuddy van de Woolloomooloo moest het geen twee keer zeggen. Na onze campingtrip in de Blue Mountains reden we richting Hunter Valley en dan naar Capertee Valley. Zelfs voor Australiërs een redelijk onbekende vallei, maar wat een ontdekking was dat, zeg!

Een adres om in de gps in te voeren, hadden ze er niet, een wegbeschrijving wel. Voorbij Cullen Bullen moesten we ergens rechtsaf. En dan dat stoffig wegje volgen voor 22,5 kilometer. “Vergeet je dagteller niet op nul te zetten als je rechtsaf gaat, anders vind je het nooit, mate.”

Toen we de oprit vonden, beseften we plots dat we al een paar kilometers naast die ranch moeten gereden hebben.  ‘Groot’ in Australië, is tien keer groter dan ‘groot’ elders.

Het is een hartelijk weerzien met John en Mary, de ouders van Simon.  ‘Doe even schoenen aan, want er zitten nogal wat slangen rond het huis’, is bijna het eerste wat ze zeggen. Het is wellicht een jaar geleden dat we laatst gesloten schoenen droegen.

Na een half uurtje babbelen zitten onze kinderen met Emil, het zoontje van Simon, op een quadbike met versnellingen, en vraagt de vader van Simon langs zijn neus weg of ik geen zin heb om een toertje te gaan vliegen. Ja, zeg!

Het was een paar kilometer rijden over een 4x4 track naar een ander deel van de farm waar we de ‘airstrip’ vonden. Daar stond in een schuur John’s motorglider. Een zweefvliegtuig met motor.  Een Pipistrel, voor de kenners.

Tien minuutjes later hobbelden we over het gras van de landingsbaan en vlogen we de lucht in. Capertee Valley was nog mooier vanuit de lucht. John toonde me het vee van de buurman, een paar andere farms, we vlogen rond een berg, en zei plots: ‘kijk daar is onze andere farm’.  Ik vroeg me af of er een grens op ‘van de ene in de andere verbazing vallen’  bestaat. Als dat zo is, zat ik er dicht bij.

Op onze terugweg zette John zijn motor uit en gleden we geluidloos over de groene vallei terug naar zijn landingsbaan. ‘Ik ben zwaar verslaafd aan het zweefvliegen’, bekende John. Man, man, man, wat kon ik hem begrijpen. Ik vrees dat ik gebeten werd door een nieuwe passie… Er zijn nog dromen voor na de reis…

Na het landen nam John ook Haïke mee de lucht in. Die heeft het nu ook zitten.

We reden een uurtje later terug naar het gastenhuis (het grootste van de vier op de farm), waar intussen nog een familie vrienden met hun twee schattige kindjes was toegekomen.  Het is snel een gezellige bende en het bier (Bluetongue) vloeit rijkelijk.

“Morgen verwachten we nog wat volk. Een Portugees koppel en ook nog een Australische vriend. Die vliegt hierheen, van Sydney”, zei Simon toen hij in zijn Holden Ute sprong, ons slaapwel wenste en naar het huis van zijn ouders reed, op de berg.

‘s Anderendaags om 11 uur stonden we op die airstrip te bakken in de volle zon.  De eenmotorige Piper scheerde over onze hoofden om eerst even de landingsbaan te checken (een ‘flyby’ werd uitgelegd) en zette het vliegtuig op de grond. Daar was Jeremy. “Hebben de kids geen zin om even mee te vliegen?”.

Het deed toch wat vreemd toen Haïke en ik het vliegtuigje met onze drie kinderen erin en een wildvreemde zagen wegvliegen. Een half uurtje later waren ze terug. “We hebben zelf mogen vliegen!”.

“Your son is a natural, mate! You should send him to flying school, mate!”, wist Jeremy, die zelf vlieginstructeur is, ons te verzekeren.

De rest van de dag werd er gezwommen in de beek, reden de kinderen rond op de quadbike, ontdekten we de andere farm (een oude mijnsite en olieraffinaderij), hoorde ik geweldige conversaties als “do you prefer to skin a rabbit or a roo, mate?”, werden we allemaal dikke vrienden, hadden we een formidabele barbecue aan een gezellige feestdis, gingen we jagen op konijnen, reden we een jeep vast in de modder en schoten we bijna, per ongeluk, een kangooroo.

We gingen eens op bezoek op een farm. Het heeft ons leven veranderd.

5 opmerkingen:

  1. Wat een geweldig verhaal. Ik zou ook wel willen vliegen in zo'n Pipistrel.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Oeioeioei... de vliegmicrobe! Eens je die in je lijf hebt raak je die niet meer kwijt. Geloof me, we hebben er zo ene in ons midden en die is nu inderdaad nog steeds aan het vliegen. Of heeft Haike daar een artsenijmiddeltje tegen? Ik vrees dat ze het niet zou voorschrijven vermits ze 'het' ondertussen ook blijkbaar al te pakken heeft. Heel de familie voor eeuwig besmet :D ! Genieten dus maar. En wat een prachtige oer-belevenissen daar in the outback, far from the madding crowd...!

    "Far from the madding crowd's ignoble strife
    Their sober wishes never learn'd to stray;
    Along the cool sequester'd vale of life
    They kept the noiseless tenor of their way."
    (Thomas Gray)

    Ik kijk al uit naar jullie andere land-ervaringen.
    Grs Hilde (en Driesje)

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Waaauw !!!!
    prachtig om te lezen, prachtig om naar te kijken. Zo mooi om jullie belevenissen te mogen volgen, ook over land en in de lucht. Adembenemend, die gelukzalige blikken van jullie !!!
    Ik ben benieuwd of jullie belevenissen in Zuid Afrika ook zo adembebenemend zullen zijn :o)
    Maar eerst Australië in jullie opnemen.
    veel groetjes,
    Bert

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Breng jullie blog integraal in boekvorm uit.
    Héééérlijk lezen & genieten.

    Enjoy Tasmania !

    vele groeten aan alle vijf, mate !

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Wauw, wauw, fantastisch, prachtig, nie te doen!!! Gaan jullie nog terugkomen? Wat een ervaringen, voor jullie en de kinderen... Ik geef Koen T gelijk, uitbrengen die boel, het leest heerlijk! En ja Bert, als ze naar ZA komen ligt de lat wel heel hoog...

    BeantwoordenVerwijderen