zondag 12 februari 2012

Mykonos, Saldanha Bay, South Africa – 8 tot 12 februari 2012

Dertig mijl dichter bij huis van Dassen Island ligt Saldanha Bay. Wellicht de grootste lagune van Zuid Afrika. Militair is het altijd een strategisch punt geweest en hier trainen ze bijvoorbeeld hun elitetroepen. Verder is Saldanha Bay ook een belangrijke exporthaven. In Saldanha komt immers de ‘iron ore’ toe, een spoorweg die van de ijzermijnen bij de Namibische grens komt en die gigantisch lange treinen vol ijzer tot in de haven brengt, waarna dat ijzer verscheept wordt.

Wij varen naar het sympathieke jachthaventje Mykonos. Het dorp is een replica van het Griekse Mykonos, en het doet vreemd genoeg minder fake aan dan je zou vermoeden. Zo hebben we meteen ook ons stukje Middellandse Zee gedaan op onze wereldreis, voilà.

IMGP7771

Omdat we uitgeklaard zijn uit Zuid Afrika mogen we maximum 72 uur blijven, vooraleer we opnieuw moeten inklaren bij douane en immigratie (in Kaapstad!). Ons plan om maar 48 uur te blijven, houdt niet lang stand. Ten zuiden van ons woedt een hevige storm en die zwiept de golven nogal op. Voor zaterdag werden golven van 7 meter voorspeld, en dat is niet bepaald een deining die je zo vrijwillig verkiest.

Uiteindelijk zijn we vier dagen in Mykonos gebleven. We hebben ons heel koest gehouden, als brave illegalen. We hadden geen zin om nog eens die hele primitieve papierwinkel te doorwroeten.

Het topvertier voor de kinderen was het minigolfparcours waar je voor 10 rand (1 euro) uren op kon gaan spelen.  Het truukje om Haïke ‘s morgens lief te vragen om in het water te springen om de onderkant van de boot schoon te maken, werkt niet meer. Ik ben ditmaal zelf in het ijskoude water moeten duiken. Wel met het droogpak van Mads aan en met onze duikfles op de rug. Na een half uur in dat water hier ben je een ijsblokje.

Gisteren hebben we nog eens afscheid genomen van Ilse, Jeroen en de kindjes. Ze zijn nog eens afgekomen. We hebben opnieuw een heerlijke dag doorgemaakt samen, lekker eten, heerlijke wijnen, prachtige wandeling, de kinderen gingen zwemmen in zee, ….  We gaan ze missen, die vier.

Volgende stop: Paternoster Bay.

woensdag 8 februari 2012

Dassen Island – the great lobstercatch…

Het uitklaren uit Kaapstad en uit Zuid Afrika verliep zoals we verwacht hadden: een voormiddag gedoe met administratie. Eerst inklaren in de Royal Cape Yacht Club waar we bang werden gemaakt omdat we een en ander niet volgens het boekje hadden gedaan en we langer dan 1 maand in dezelfde haven hadden gelegen, ons niet hadden gemeld bij immigratie bij aankomst in Simon’s Town, ... Er hingen ons een paar boetes boven het hoofd. Met een klein hartje met ons zevenen een taxi in (Mads en Elin van Go Beyond hadden hetzelfde voor). Wij naar Port Control die ons doorverwezen naar een ander gebouw, waar we opnieuw doorverwezen werden naar dat eerste gebouw maar op een ander verdiep. Daar nog eens drie keer doorverwezen, en een half uur laten een papiertje met een stempel op gekregen. Geen boete.  Dan naar immigratie bij een tang van een mens die ons bijna achter de tralies wilde zetten omdat we ons niet onmiddellijk waren komen inklaren bij aankomst die vorige avond. Maar over onze andere vermeende vergrijpen werd niets gezegd, geen boete. Bij Customs liep alles redelijk vlot. Geen boetes.  Om ons afscheid te vieren zijn we nog eens in het Belgisch restaurant Den Anker mosselen friet met een Duvel gaan eten. Heerlijk.

We zijn Kaapstad ‘s anderendaags ‘s morgens in de mist uitgevaren. De oceaan krioelt hier van leven. Walvissen, vlak bij de boot, honderden zeehonden, pinguïns, vogels, … Het kan niet op.  Het weer was bovendien perfect om een nacht te gaan ankeren bij Dassen Island, 30 mijl verder noordelijk. Dassen Island is een natuurreservaat, met de grootste kolonie Kaapse pinguïns van Afrika. Je mag er niet aan land en het eiland wordt bewaakt door 1 ranger/vuurtorenwachter. Zuid-Afrikaanse cruisers hadden onze kop zot gekregen met verhalen over die ankerplaats: “laat ‘s nachts een kreeftennet zakken en je vangt hopen kreeften”,  “wel 100 ga je er vangen op één nacht”, “je gaat een week kreeft eten, man”, “de vissersboten mogen daar geen kreeften vangen, dus het krioelt er”, “wel opletten en alleen ‘s nachts want het mag eigenlijk niet”…

Wij dus, samen met de vrienden van Go Beyond, naar Dassen Island. Als we de ankerbaai binnen voeren, konden we onze ogen niet geloven. Het krioelde er van… de vissersboten. Vissersboten die op kreeften vissen. Haha. 16 welgeteld.

Toch samen gewacht tot het donker werd, het kreeftennetje met vissenkoppen laten zakken tot op de bodem, een uur wachten…. Niks… Nog een uur wachten… Niks… Mads bracht Elin alvast terug naar Go Beyond want het werd laat. De mannen gingen volharden tijdens de nacht. Een uur later: nog niks… Vier Jagermeisters later (ah, ja, want het was ijskoud)… Nog niks. Mads ook naar huis. Een uur later: weer niks. “Gatver. Nog één keer”, dacht ik, “nu moet het lukken”, omdat ik zowat alle vissenkoppen en etensresten overboord had gegooid om zo met absolute zekerheid een krioelende bende kreeften onder onze boot te lokken. Nog één keer dus. Een uur wachten… En dan ontdekken dat het touw van de kreeftenval hopeloos verstrikt is geraakt in het roer en de propeller.  Man, man, man. Geen millimeter ging dat touw omhoog. Ik werd bijna gek.

Even schoot het door m’n hoofd om Haïke te gaan wakker maken om toe te zien of mij niets zou gebeuren terwijl ik zou duiken om het touw los te maken. Maar de kou en het besef dat ik met die paar kilo visafval en etensresten wellicht elke witte reuzenhaai in een straal van 20 mijl had aangetrokken, deden me afwijken van dat plan. Ik ben dan maar, half bevroren, gaan slapen, met een nieuw, listig plan.

Toen Haïke ‘s morgens wakker werd heb ik haar heel lief gevraagd of ze haar wetsuit wou aantrekken om dat touw van de lobsterpot los te maken. Ze zweeg lang en keek me strak aan tot ze plots zei: “ok”.  Zelf was ik volledig mentaal voorbereid om in dat water te springen, maar nu ze ‘ja’ zei, ging ik haar nu ook niet tegengehouden. Ha, ja.

Als een heldin sprong ze in dat ijskoude water (er zwom een zeehond rond de boot, dus dachten we dat er wel geen haaien zouden zitten) en dook ze een paar keer na elkaar om het touw los te krijgen.  Het lukte.

Ik was diep gelukkig en terzelfdertijd diep ontgoocheld. Niet in mezelf, nee, nee, maar omdat er opnieuw geen enkele kreeft in de val zat…

Een beetje later schreef Haïke op haar facebookpagina:

What do you do when your husband asks you, when you wake up, to help him with the line of the lobsterpot that got stuck under the boat? You put on your wetsuit, jump into the freezing water of the south atlantic, you check if you see the great white, you look at the seals swimming around the boat, you take a deep breath, dive under the boat and realise that you have to dive ten times more because the line is really badly stuck. After that, while your body is shaking badly from the cold, you take out the lobsterpot to find NO lobsters in it! That is real love !

zondag 5 februari 2012

Kaap de Goede Hoop gerond !

Er zijn van die dagen die bijna perfect zijn. Vanochtend vroeg opgestaan in een windstil ‘Hurricane Alley’, rustig afgevaren en drie uur tegen wind naar de kaap gevaren. Het was redelijk heftig bij het ronden van de kaap en het feit dat we onze zeebenen reeds lang gewisseld hadden met landbenen, maakte dat iedereen wel wat moest wennen aan het gehots en geklots.

Maar wat een mijlpaal. Indrukwekkend ook, die kaap. We zijn er dicht bij gevaren, tussen de rotsen langs links en rechts, over een zeebodem die met wrakken bezaaid ligt. Het had iets magisch, sterks, onbeschrijfelijk… We hebben Kaap de Goede Hoop gerond!

En onderweg werden we zwaar getrakteerd door moeder natuur. Alles heeft ze boven gehaald voor ons: prachtig weer (allemaal een beetje verbrand), veel en weinig wind, zware en platte zee, schitterende kustlijn en zowat alle dieren die we konden zien, hebben we vandaag tijdens die ene magische trip gezien: pinguïns, zeeleeuwen, dolfijnen, haaien en een magistrale groep walvissen die een brulgeluid maakten dat we van ons leven niet zullen vergeten. Alles vlak naast de boot. Zelfs na twee en en half jaar op zee staan we met z’n vijf te roepen op het dek: waaw, ooooh, super, kijk daaaaaar, woooow !!!!!

En dan langs de kust van Kaapstad varen, heel dicht zodat we de hitte van het binnenland konden voelen. Het was alsof we naast een kampvuur stonden, zo heet stond het binnenland van Zuid Afrika, terwijl wij door een stijve bries afgekoeld werden. Ja, pure…

Vervolgens de haven van Kaapstad binnenvaren, onze weg vinden langs de vele dokken naar de Royal Cape Yacht Club waar Ilse, Jeroen, Julie en Charlotte ons stonden op te wachten. We hebben een heerlijke avond samen doorgebracht met meeneemchinees en wonderlijke wijnen.

Er zijn van die dagen die bijna perfect zijn. Dan moet je je mailbox beter niet openen en genieten van die topdag. En dat gaan we nu nog heel even doen, seh.

zaterdag 4 februari 2012

Druk in Simon’s Town

Het is weer druk aan boord. De boot heeft opnieuw een grondige poetsbeurt gekregen, het onderwaterschip is glad gemaakt, de motor heeft een uitgebreid onderhoud gekregen, alles zit netjes weg en is zeevast gemaakt. We zijn klaar om terug te gaan zeilen.

Er waren ook een hoop kleine klusjes te doen en dat maakt het druk want alles moet gebeuren op korte dagjes, omdat dagelijks om 17u30 het ‘happy hour’ begint in de bar van de False Bay Yacht Club. Het moment om te gaan vergaderen met bevriende zeilers, plannen te ontplooien en straffe verhalen op te halen achter een halve liter Windhoekbier (voor maar 90 eurocent).  Nadien is er ook geen tijd meer om verder te werken, want dan gaat de barbecue aan en zet iedereen het op een geweldig braaien.

De kinderen zitten weer helemaal in hun ‘boot- en studieroutine’: in de voormiddag wordt schoolwerk gemaakt in de namiddag houden ze zich bezig met zwemmen, knutselen, gezelschapspelen en het maken van allerlei filmpjes.

Het is hier op dit moment 45 graden warmer dan thuis, zagen we net…

Zondag gooien we de uitgerafelde en extreem geteste trossen hier los en varen we rond Kaap de Goede Hoop naar Kaapstad.  De echte kaap, Cape Agulhas, die de Indische Oceaan van de Atlantische Oceaan scheidt, hebben we al gerond, maar de bekendste en meest symbolische kaap, Cape Good Hope, gaan we nu ronden. Zo is er altijd iets om te vieren.

Onze plannen zijn om na Kaapstad via verschillende tussenstops naar Walvisbaai in Namibië te varen. Van Walvisbaai maken we een langere Atlantische oversteek naar het eiland Sint Helena, daarna varen we via Ascencion naar de Kaap Verdische Eilanden waar we rond de paasvakantie willen zijn. Na de Kaap Verdische eilanden varen we naar de Azoren, daarna is het via Ierland en Schotland en misschien nog via Noorwegen, Denemarken en Nederland terug naar huis waar we op zaterdag 28 juli . Het doet pijn terwijl ik het neertik. En nu: op naar het laatste “happy hour” in Simon’s Town!

woensdag 25 januari 2012

De Kaap, Zuid Afrika

Ja zeg, waar waren we weer gebleven? Een maand geleden zijn we dus, bij het ronden van de Kaap Agulhas, van de Indische Oceaan opnieuw in de Atlantische Oceaan gevaren. Een kort nachtje later hebben we de boot met driedubbele meertouwen vastgelegd in de jachthaven van Simonstown, een plaatsje dat de bijnaam ‘Hurricane Alley’ draagt door het acceleratie-effect dat de wind over de bergen krijgt. We lieten ons geliefde Nest in dat tochtgat achter en gedurende een maand lang hebben we het zee-leven omgewisseld voor een Afrikaans landleven. De windmeter liet ik aan en die registreerde 51 knopen bij onze afwezigheid…

Familie
Een maand lang zijn we opnieuw omgeven geweest door familie. Na ruim twee en een half jaar ‘op ons eentje’, losgeslagen van thuis, op de oceanen, was dat een fantastische en intense ervaring. Het heeft ons ook doen inzien op welke manier deze reis ons veranderd heeft, terwijl we grappig genoeg ook konden vaststellen dat onze familie graag wist te zeggen dat we ‘niets veranderd’ zijn… Het is een goed moment geweest om ons mentaal een beetje voor te bereiden op onze terugkeer naar huis. We beseffen heel goed wat een fantastisch avontuur we tot nu toe achter de rug hebben en gaan er het volgende half jaar tijdens de laatste rechte lijn naar huis, nog even intens van genieten!
Geweldig was het weerzien met mijn broer Anton, zijn vrouw Michele en hun grappig zoontje Finn (Haikes metekindje dat we nu pas voor het eerst gezien hebben!). Die zijn ook niets veranderd, tenzij dat ze vader en moeder geworden zijn, al twee jaar een kind grootbrengen, een huis verbouwd hebben en verhuisd zijn. Alles behalve zijzelf zijn dus veranderd, eigenlijk. Heel speciaal is het om de tijd die we nu al onderweg zijn, samengevat te zien in dat manneke.
Heerlijk was het ook om samen met alle (groot)ouders rond te trekken langs de Zuid-Afrikaanse kust. Een geweldig gezellige bende op schok. De kinderen genoten ervan om nog eens samen te zijn met hun grootouders en de kostbare tijd die ze samen gemist hadden, weer op te halen.
Buitengewoon was de gastvrijheid die we van Ilse (Haïkes zus), haar man Jeroen en hun dochtertjes Julie en Charlotte, mochten ontvangen. Ze hebben hier hun eigen paradijsje opgebouwd in Wellington en het was heerlijk bijkletsen aan de rand van het zwembad of rond de ‘braai’, met een glas exclusieve Zuid-Afrikaanse wijn in de hand.  Wat een leven en wat gaan we hen missen als we Afrika achter ons zullen laten en terug in België zullen zijn.
Vrolijke vrienden
Machtig was het bezoek van de twee Belgische gezinnen waar we goed mee bevriend zijn: de Ravelinghientjes en de Caspers. Het ijs was binnen de minuut gebroken en het leek alsof we elkaar vorige week nog maar voor het laatst gezien hadden, zowel voor de volwassenen als de kinderen. Ze hebben ons overladen met cadeautjes die andere vrienden hadden meegegeven, wat het ‘bijna thuis gevoel’ bijzonder concreet maakte.  Het zal daar rap zijn, de Belgische zomer met de Belgische vrienden !
En ondertussen malen we er duizenden kilometers in huurauto’s door, doorheen het verbluffende landschap van Zuid Afrika. Honderden wijnen passeren de smaakpapillen in de zoektocht naar de ultieme Sauvignon Blanc of Shiraz. Onze kleren stinken constant naar ‘braai’ en kampvuren en we vervetten met de dag door de vele restaurantbezoeken, kaasschotels en de Belgische snoep en chocolade die we met hopen gekregen hebben. Om de twee nachten slapen we wel in een ander bed op een weer andere adembenemende plaats.
Het is nu bijna welletjes geweest. Een sober bootleven zal opnieuw een aangename afwisseling zijn. Onze batterijen zijn volledig opgeladen voor de laatste rode streep op de wereldkaart.
Volgend weekend ronden we ons lange bezoek aan de Zuid-Afrikaanse Kaap af met het Cedergebergte.