dinsdag 29 juni 2010

27-29 juni : Huahine

De overtocht van Moorea naar Huahine…

… is er eentje om snel te vergeten. Om 19u vertrekken de Elena, Flash V, Tangaroa en Small Nest uit de baai om te ontdekken dat het een hele nacht te weinig wind is om te zeilen en de golven groot en bijzonder vervelend zijn. Iedereen wordt serieus door elkaar geschud, tot de volgende ochtend wanneer we door de Avamoa pas binnen het rif van Huahine varen.

We varen voorbij het dorp Fare en volgen de prachtige kust van Huahine naar beneden. We ankeren aan een klein strandje en de rest van de dag rusten we en gaan we snorkelen aan het rif. Vele koraalbommetjes waar Nemo- en andere kleurrijke visjes wonen. We zien ook twee “white spotted stingrays”, maar ze hebben schrik van ons en maken zich snel uit de vleugels.

Yoghurtbaai

Wellicht is er in het baaitje waar we liggen in de hele geschiedenis nog nooit zoveel yoghurt gemaakt als de eerste nacht dat we er liggen. De Flash V kocht er eentje in Papeete, de Tangaroa in Moorea en de Elena hier in Huahine. Ons exemplaar hebben we al lang geleden in Portugal gekocht, en we hebben er sindsdien bijzonder veel reclame voor gemaakt. Vannacht liggen hier dus vier boten (de enige vier die hier liggen trouwens) elk een liter yoghurt te maken.

Pech onderweg

Iedereen is vroeg op en de yoghurtvloot beslist om vijf mijl verder naar de baai Haapu te varen waar ook een dorpje is. Onderweg passeren we een hotel met hutjes op het water en het lukt ons om de wifi van het hotel op te pikken en onze mails binnen te halen, terwijl we wat rondjes cirkelen. Ondertussen horen we op de VHF dat de Tangaroa, die een paar mijl verder achter de Elena vaart, problemen heeft. Motor oververhit. Warmtewisselaar stuk, de koelvloeistof loopt eruit. Ze gaan snel ankeren op een plek waar nog een paar andere boten liggen. De Elena gaat even verderop checken of de Haapu baai de moeite is en wij wachten ondertussen bij de Tangaroa. Ook een mooi plekje hier, denken we, en wat later komt de Elena terug om het hoekje piepen. Beter hier dan verder, zeggen ze.

C’est qui?

Er komt een vriendelijke Polynesiër in een kajak langs om ons uitnodigen op “zijn strand”. De papaya’s liggen er voor het grijpen, zegt hij. Op onze zoektocht naar fruit passeren we een paar schitterende vergezichten op de baai en wat later komen we die Polynesiër, Seki (eerst dachten we “c’est qui?”), opnieuw tegen. Blootsvoets aan een sneltempo. We hadden al een paar bananen en wat sterfruit gevonden en na wat babbelen met Seki (wat eigenlijk ‘zwart’ wilt zeggen), toont hij ons een pompelmoezenboom. De rest van de wandeling is voor mij minder plezant want ik sukkel achter Seki en Haïke aan, die aan zijn blootsvoets sneltempo naar het volgende vergezicht stappen, met een grote zak vol zware pompelmoezen op mijn rug. Als ik hen hevig zwetend weer bijgehaald heb, vertelt Haïke me dat hij haar situatie geanalyseerd heeft (dat we ongeveer vijftien jaar samen zijn en dat ze moet opletten dat ik heel binnenkort niet met een fris groen blaadje zal gaan lopen). Hij zegt ook drie gaven te hebben: ten eerste kan hij borstkanker genezen, ten tweede kan hij zien of een koppel zal samenblijven en ten derde hoe rijk iemand is. En dan begint er bij mij plots iets te dagen. “De Polynesische Penis”! We hebben hem gevonden!

Zeven of acht jaar geleden heeft Thomas Siffer ook rond de wereld gezeild met vrouw Els en dochter Luna. Hij heeft dezelfde klassieke route rond de wereld gevaren, en dan kom je wel vaker op dezelfde plaatsen. Maar hier, langs de 20 kilometer lange kustlijn van Huahine, precies op hetzelfde strandje belanden, bij dezelfde man (Seki), da’s wel een bijzonder toeval, te danken aan de kapotte warmtewisselaar van de Tangaroa. Ik citeer het stukje uit zijn boek “Land in Zicht” over dit strand:

Maandag 7 juli – Dag 339 – Motu Viaorea – Huahine – De Genootschapseilanden

Els was hondsdepressief nadat een Polynesiër aan het strand haar situatie geanalyseerd had. Ik vat het even kort samen: ‘Eén: je man loert naar jonge vrouwen en gaat vreemd omdat jij er oud uitziet. Twee: je vriendin (Christine) ziet er veel jonger uit dan jij. Drie: met vrienden niets dan last.’ Waar hij aan toevoegde dat hij op oudere vrouwen valt en dat hij morgenochtend als Els alleen naar het strand zou komen nog iets bijzonders zou onthullen. Ja ja, zijn Polynesische penis zeker. En van zo een doorzichtige verleidingstruc is mijn vrouw helemaal van de kaart?

(‘Land in Zicht’ – Thomas Siffer)

Op het risico mijn vrouw kwijt te raken, ga ik alleen terug naar de boot met de pompelmoezen en haal het boek van Thomas om te checken of het verhaal van de Polynesische penis zich wel degelijk hier had afgespeeld. Jazeker en Seki kan er hartelijk mee lachen als we het hem wat vrij vertalen. Zijn oogjes fonkelen nog als hij de foto van Els ziet…  Ja, ja, c’est lui!

Spelletjes

In de namiddag komt Seki nog aanzetten met een grote zak papaya’s en limoenen en tot het ondergaan van de zon spelen we samen met hem en de yoghurtvloot petanque op het strand.

’s Avonds houden we drink op de boot voor de volwassenen van de Flash V, Elena en Tangaroa. Sepke en Ward gaan babysitten bij de kindjes. We houden een yoghurtproeverij om te bepalen welke boot de beste yoghurt maakt. Flash V wint ruimschoots, met bijna alle stemmen van de aanwezigen, en wij ontdekken dat we sinds Portugal zure yoghurt eten. De yoghurtsmaak wordt rijkelijk doorgespoeld met rode en witte wijn en we lachen ons een deuk bij het spel “Who’s the man?”. Geestig dagje.

zondag 27 juni 2010

Mooie dagen in Moorea, Opunohu Bay (22 – 26 juni 2010)

Opunohu Bay

Het zijn mooie dagen in Opunohu Bay in Moorea. Wanneer we er aankomen is het prachtig weer, weinig wind, het water is spiegelglad. We ankeren tussen de Tangaroa en de Elena en al snel staan we allemaal gezellig te barbecueën op het strand.

De volgende ochtend varen we met de dinghy’s vijf mijl naar een plaatsje waar je stingrays (pijlstaartroggen) kan zien in ondiep water die zich ook laten aaien. Het moment dat we er waren krioelde het er ook van de Black Tip Reef Sharks. Mooi om te zien (de filmpjes ervan staan op de blog hieronder). De rest van de dag houden we ons bezig met een paar kleine bootklusjes en spelen op het strand.

‘s Anderendaags willen we met onze Nederlandse vrienden naar de match Nederland – Kameroen kijken in het chique Hilton Hotel, hier een beetje verder.

Hilton Moorea Lagoon Resort and Spa, French Polynesia - Exterior

Ideaal, want de kindjes kunnen er ondertussen wat op het strand spelen. Eenmaal netjes op tijd geïnstalleerd voor de TV, met een kan koffie, ontdekken we dat de match helemaal niet uitgezonden wordt. Afgang. Denemarken – Japan dan maar bekeken, en ons geamuseerd. De namiddag hebben we aan het strand doorgebracht, en tot ons plezier zagen we in de late namiddag de vrienden van de Flash V binnenvaren.

Haïke heeft een bijzonder mooi cadeau gekregen voor haar verjaardag van de Wierd, Caroline (van de Tangaroa), Adam en Leonie (van de Elena): een driegangenmaaltijd in het Hilton Hotel. Voor twee personen. Ik blij dat ik mee mocht.

Hilton Moorea Lagoon Resort And Spa  Beachside Dining

Prachtig kader, picobello verzorgd, bijna overdreven vriendelijke bediening en het eten was overheerlijk. Geweldig mooie avond met ons tweetjes gehad. En de kinderen? Die mochten naar het pannenkoekenfeest op de Elena, en bleven er ook slapen. We hebben er enorm van genoten. Merci Adam, Leonie, Wierd en Caroline!

We zijn hier ook een paar keer buiten het rif gaan duiken. Het is een uitgelezen plaats om Lemon Sharks te kunnen zien. De eerste duik was magisch. Al van aan de oppervlakte, vooraleer we aan de afdaling begonnen kon je ze zien zwemmen. De Lemon Sharks, op de bodem tussen het koraal. Er zat een hele groep. We schatten er zo’n dertig gezien te hebben tijdens de duik. En ze waren groot. Echt groot. 3 meter of langer. Met beangstigende kwade, gele ogen, hun bek open zodat je goed hun tanden kon zien, kwamen ze rustig voorbij gezwommen…  Deal is: als jij ze gerust laat, laten zij jou ook gerust. Aan hun lijf hingen telkens een paar remora’s, van die zuigvissen, die ook bij ons eens komen proberen om zich vast te zuigen… Goh, verder heel veel black tip reef sharks (maar daar kijken we intussen al bijna niet meer van op) en geestige, mooie, frisse koraalvisjes. Haïke is ook mee gaan duiken bij de tweede duik. En toen waren ze er niet, de grote groep Lemon Sharks. We zagen er twee in de verte, wel een paar black tips en een paar grote zeeschildpadden die ons erg dicht lieten komen. Ter illustratie hieronder stukje National Geografic over de Lemon Sharks.

Koen (Flash V) zijn we allen bijzonder dankbaar want hij heeft telkens onze duikflessen terug gevuld met zijn compressor aan boord. Als we nog eens de wereld rondvaren willen we dat ook…

Na onze duik steken we de barbecues nog eens aan op het strand om met de grote bende te eten, en worden we eens goed uitgeregend, net op het moment dat alles eindelijk klaar was. Nadien blijven we plakken op het strand en spelen we een memorabele petanque wedstrijd (overtuigend gewonnen door Annie en Willem), tot het te donker wordt en geen bal meer kunnen zien.

De kinderen maken de voorbije dagen weer veel nieuwe vrienden want het krioelt hier van de bootkinderen (kids op de Totem, de Liberty, de Mulan, de Stray Kitty, enz…).  En zo vliegt onze tijd hier voorbij.

‘t Is schoon geweest, Moorea. Tijd om nog eens verder te gaan. Naar Huahine : 85 mijl verder en dus ideaal om in 1 nachtje te bezeilen.  De vloot van de twee Nederlandse (Elena en Tangaroa) en twee Belgische boten (Flash V en A Small Nest) blijft nog even samen.

dinsdag 22 juni 2010

Tahiti – Papeete – Quai d’Honneur

We hebben een bijzonder fijne tijd gehad in Tahiti. Het duurt ongeveer een dag om te bekomen van het verschil in drukte met de Tuamotus.

DRUKTE

We liggen aan de kade in de stad, zodat alles binnen wandelafstand is. Het is wennen om te moeten uitkijken voor auto’s, het is wennen aan het lawaai en de snelheid van die auto’s, het is lang geleden dat je nog eens zoveel mensen bijeen gezien hebt, enzovoort, maar het wennen gaat snel.

Er gaat een schokje door je ruggenmerg als je de Carrefour binnenwandelt. Je weet niet waar eerst gekeken. Alles hebben ze er… Zoals thuis. Ik wist niet goed of ik er gestresseerd of blij van moest worden. Bijzonder vreemd.

VOETBAL

En de voetbal in Zuid Afrika is ook begonnen. Op deze plek op aarde zijn er twee matchen ‘s nachts (om 1u30 en om 4u) en eentje ‘s morgens om 8u30. Frankrijk tegen Mexico gezien in het fantastische café “Les Trois Brasseurs”. Ze maken hun bier zelf, in Belgische machines met Belgische grondstoffen. Het was zo’n ochtendmatch. Lekker marginaal vroeg zo’n geweldige pint gedronken tijdens de match. Het was ook opmerkelijk te zien dat de Frans-Polynesische Tahitianen voor Mexico supporterden. De echte Fransen die er zaten konden er niet mee lachen.

We hebben ook een nachtje met de Hollanders Wierd en Adam (en Amerikaan Jason) naar Nederland-Japan proberen te kijken. Die was om half twee.  Alle cafés sloten plots om 01u, dus dan hebben we maar wat zitten improviseren op de Tangaroa, met mijn laptop, online Nederlandse radiocommentaar en zwartwitbeelden die we met een antennetje opvingen. Het duurde de volledige eerste helft vooraleer we iets konden zien. En in de tweede helft viel Wierd constant in slaap.

QUAI

Het is ook een gezellige drukte op de kade. Alle bootjes maken zich klaar voor een zeilregatta naar Moorea. Wij beslissen daar gretig aan mee te doen (aan de festiviteiten dan toch), maar vertrekken uiteindelijk niet op de dag van de race, omwille van het rotweer. We willen dan liever nog eens het eiland verkennen. En dingen in orde brengen die al lang op zich laten wachten (schoenen kopen voor de kinderen, boot kuisen, paar klusjes, foto’s op de website zetten, gaan eten bij “Les Roulottes”, allemaal een soort “Chinese frietkramen” waar je goedkoop geweldig lekker kan eten, enzovoort…

IMGP6827 IMGP6832 IMGP6800 IMGP6837

FLASH V

We hebben hier ook een bijzonder leuke tijd met onze Belgische vriend Koen van de Flash V gehad. Zijn twee vrienden Hugo en Doug konden, na veel vertraging door de stakingen hier, eindelijk naar huis vertrekken. Koen bleef hier dus een paar dagen alleen, tot zijn vrouw, zijn zoon en diens vriendin hier op vakantie kwamen. We zijn vaak samen naar de Carrefour gereden, telkens samen gegeten en het meest van al samen gelachen met zijn strijd tegen de klok om zijn boot kraaknet te krijgen. Sepke ging hem met plezier elke dag helpen (en afjagen).

Dinsdag gooien we hier de trossen los. Korte stop in Moorea en daarna richting Huahine.

Foto's Galapagos (maart 2010)

dinsdag 15 juni 2010

Van Rangiroa naar Tetiaora, naar Moorea, naar Tahiti…

11 juni 2010
Het is een dikke 200 mijl van Rangiroa naar Tahiti. We vertrekken dus ‘s morgens vroeg om zo maar 1 nacht te moeten doorzeilen. We zijn iets te vroeg aan de westelijke pas van Rangiroa, en het tij is nog volop naar buiten aan het stromen. Er is gelukkig weinig wind en de condities zijn goed, en nog lijkt het alsof we met onze Nest aan een gigantische snelheid door de pas wildwaterraften. Met vier knopen stroom extra in de rug worden we uit het atol de zee in gespuwd.

Tot onze verrassing kunnen we toch nog een halve dag zeilen (er was weinig wind voorspeld, en we dachten bijna het hele eind te moeten dieselen).  ‘s Avonds hebben we Koen van de Flash V aan de lijn. Of we onderweg geen stop willen inlassen in Tetiaora, een klein atol 30 mijl boven Tahiti, dat eigendom is van Marlon Brando. Het schijnt er mooi te zijn en nooit bezocht te worden door andere boten. Daar willen we natuurlijk heen. Op de kaart vinden we 1 ondiepte waar we wellicht kunnen ankeren in kalme omstandigheden.

12 juni 2010
‘s Anderendaags tegen de middag komen de Flash V en wij op hetzelfde moment in Tetiaora aan. Maar op ons potentieel ankerplaatsje was het niet 10 maar 70 meter diep. Te diep om te ankeren. We zoeken naar een andere ankerplek, varen een paar keer heel dicht bij het rif, maar vinden er geen. De twee boeien, die ons ook geschikt leken, waren ingenomen door twee catamarans die we moeilijk konden wegjagen. Pech.

Verandering van plan dan maar. We laten de eilandjes, die Marlon Brando kocht toen hij er verbleef tijdens de opnames van The Bounty, achter en varen naar Cook’s Bay in Moorea. We willen de overgang van de compleet desolate Tuamotu’s naar het drukke Papeete in Tahiti geleidelijk laten gebeuren, en dus eerst even wennen aan het geluid van auto’s, scooters en toeristenbootjes in Moorea. We vinden er de Tangaroa terug in de ankerbaai (waar kapitein Cook dus ook gelegen heeft) en chirurg Wierd komt even op huisbezoek om de wonden van Haïke en Sepke te inspecteren. Tien op tien. Het geneest bijzonder goed.

We werden door de drie mannen (2 Belgen en een Brit) van de Flash V uitgenodigd om er ‘s avonds witloof met kaas en hesp te gaan eten. Dat was wellicht al een jaar geleden dat we dat nog eens gegeten hadden. Voor mij was er een pintje bij. Dat was wellicht al 3 weken geleden dat ik nog een pint gedronken had. Hoe gemis tot intens genieten kan leiden. Ongelooflijk.

13 juni 2010
We verkennen de baai, vinden een tankstation en een supermarktje en vieren vadertjesdag op de boot. Bijzonder geestige dag. In de namiddag hebben we Hugo en Koen (de 2 Belgen van de Flash V) op de koffie, vervolgens de aperitief en tenslotte op de borrel. Bijzonder gezellig.

14 juni 2010
We vieren Haïkes verjaardag, we verlaten de Tangaroa en de Flash V en varen naar Tahiti. We hebben geen eten meer aan boord en moeten dringend terug aanvullen.  Het was sinds de Atlantische kant van Panama geleden dat we nog eens in een haven waren binnengevaren en aan een steiger hadden aangelegd, dus we waren benieuwd of we dat nog konden. Met de kont achteruit zijn we vlekkeloos aangemeerd aan Le Quai d’Honneur in Papeete.  Ons bootje is tot in Tahiti gevaren. We klaren vlotjes in bij de immigratie en de douane. De havenkapitein vertelt tijdens het papierwerk dat het bijzonder slecht gaat in België en hij wijst naar zijn TV. Het zal een pijnlijke scheiding worden, zegt hij. En hij heeft medelijden omdat we Belg zijn. Dat gevoel wordt bij hem helemaal compleet als hij wat later vraagt in welke groep België zit bij de wereldbeker voetbal…

We wandelen heel Papeete door, eindigen uiteindelijk in de supermarkt Champion waar onze ogen bijna uit hun kassen vallen. Kijk, sla! En daar een bloemkool! Oh, nectarines! En worst! En kaas! Alles is drie keer zo duur als thuis, maar het telt even niet. We gaan er buiten met 3 volle plastic winkelzakken waar we 180 euro voor betaald hebben. Maar de ijsjes die we daar gekocht hebben en aan het water bij de kajakclub hebben opgeslokt, waren de beste ter wereld.

‘s Avonds gaan we naar een pleintje waar verschillende kraampjes staan met eten, tafeltjes en stoeltjes. Het is eigenlijk een bijzonder gezellige en grote eetmarkt. We eten erg lekker (chinees of kip met friet) voor relatief weinig geld. De jeugd hangt er wat rond op de open ruimte voor de kiosk, ze breakdansen er wat, jongleren voetbalkunstjes met de bal of roken een sigaret achter een bosje.

Na zijn eten staat Flor (7) recht, gooit zijn teensletsen af en gaat blootsvoets naar het groepje voetballers. Ze zijn allemaal minstens dubbel zo oud als hem, maar nog geen minuut later staat hij met die gasten voetballen. Het leek wel of hij ze al jaren kende en zij vonden het geestig om met zo’n blond lefgozertje te spelen.

vrijdag 11 juni 2010

Gesukkel in het paradijs

‘t Is vreemd hoe iets perfects ook plots kan omslaan naar iets minder perfect. Kort samengevat (want de goesting om te bloggen is even weg):

- We gaan nog een heel dure cheeseburger eten in het lokale restaurantje, omdat we vinden dat we het verdienen na zo lang blikvoer te eten. Waar het vorige week een heel lekkere was, trok het nu absoluut op niks. We werden aangevallen door vliegen en de frieten waren vettig en aangebrand. Weggesmeten geld (je kan er in een sterrenrestaurant voor gaan eten) en een zware maag.

- Samen met 3 andere yachties (Brad, Cath en Jay van de Australische boot Ghost) een ‘driftdive’ gemaakt met een instructeur van een lokale duikclub. Bedoeling van zo’n driftdive is dat je begint bij de pas buiten het atol, en dan meestroomt met het getij naar binnen. Je betaalt redelijk veel voor zo’n dive (60 euro, na onderhandelen), dus je verwachtingen liggen hoog. Ik ga alleen want Haïke mag niet duiken met het atol op haar rug. Wel, toen ik met de vier anderen het water in ging aan de buitenkant van de pas, was er géén getij. We zijn tot halverwege de pas gepeddeld op 25 meter diepte, en zijn dan terug uit de pas gestroomd door het tegentij. Uitgespuwd door het atol in de oceaan. We hebben ook bijna niets gezien (onze snorkeltrips waren spectaculairder). Het hoeft niet gezegd dat we allemaal bijzonder ontgoocheld waren (en na serieus onderhandelen met de duikclub moesten we maar 40 euro betalen omdat ze de driftdive verkeerd hadden ingeschat– net waar wij hun kennis voor ingehuurd hadden, want iedereen had eigen materiaal).
P6090829P6090827 

- Eenmaal doodmoe terug op de boot (van het vele peddelen), nog steeds de reflux van vettige hamburger onderdrukkend, snijdt Sepke zich aan een gebroken stuk glas. Het bloed vloeit langs alle kanten. Een diepe snee. Haïke ziet onmiddellijk dat het moet genaaid worden. Na wat twijfelen of we het zelf gaan hechten of niet, beslissen we toch de lokale dokter op te zoeken, voor alle zekerheid. Haïke en Sepke nemen de taxi van aan het dinghydok tot de dokter, 14 km verder. De dokter zou je met moeite van tussen een paar truckchauffeurs herkennen, maar hij slaagt in zijn job. 
IMGP6774

Een paar uur later zijn ze terug. 4 draadjes/hechtingen door de snee in haar pink. Sepke zegt veel minder dan ze gewoon is. Ze heeft veel pijn gehad, mag 10 dagen niet zwemmen en gaat vroeg slapen.

- We zoeken dan maar zelf het geluk op en staan bijzonder vroeg op om naar de “Blue Lagoon” te varen, 15 mijl verder in het atol. Het heeft veel goed gemaakt. Prachtige lagune en we worden er omsingeld door tientallen black tip reef sharks.

DSC_0634



Om 17u zijn we terug op onze ankerplaats en hebben de mensen van de Ghost op bezoek. Geweldig gezellige aperitief die uitloopt in een lange avonddrink…

Morgenvroeg gaan we verder. We kennen Rangiroa nu heel goed. De ups én de downs. Next!

woensdag 9 juni 2010

Black Tip Reef Sharks

Filmpje genomen tijdens het snorkelen rond Nao Nao, een eilandje in het Rangiroa atol.

5, 6, 7 en 8 juni 2010 – De ronde van Rangiroa

In een oud boekje hebben we een uniek tourtje gevonden rond het atol van Rangiroa. Voor de rest staat het nergens beschreven. Het is dan ook niet verwonderlijk dat, na we onze mooie ankerplaats voor het voor renovatie gesloten Kia Ora Hotel verlieten, niemand meer zagen.

DSC_0473

Drie uur lang doorkruisen we het atol van Rangiroa naar de zuidkant, heel waakzaam voor ondieptes en koralen. Bij slecht weer of ‘s nachts zou het kamikazewerk zijn. Buiten een paar squalls die het ons komen moeilijk maken, verloopt alles goed. Om 12 uur bereiken we de motu (een eiland van een atol) Faama en ankeren op 15°14’1S en 147°42’3W.

DSC_0446

MOTU FAAMA

Als we een half uurtje later met de Moo het eilandje aandoen, merk je gewoon aan de hoeveelheid foto’s die je aan het nemen bent, dat dit één van de mooiste plaatsen is waar je ooit bent geweest. Wonderbaarlijk mooi. En het toppunt is: we zijn hier helemaal alleen. Het is een onbewoond eilandje, er is geen enkele andere boot noch ziel en als je rond je kijkt zie je geenenkel spoor van beschaving. Ah, wat een paradijs.

DSC_0420

Vanaf het moment dat je het strand bereikt, zie je kleine black tip reef sharkjes rondzwemmen. Er is een beschermde ondiepte bij de monding van de hao (een kanaal tussen twee motu’s) waar de babyhaaitjes opgroeien. Een haaiencrèche, eigenlijk! Ze zijn dertig centimeter groot en zien er net zo uit als de volwassen exemplaren van meer dan 2 meter. De kleintjes zwemmen zonder vrees rond je voeten in het ondiepe water.  Het is eigenlijk nog mooier dan bij het snorkelen of duiken een volwassen exemplaar te zien.

DSC_0472DSC_0464

We maken wat later een kampvuurtje op het strand. We kappen met onze machete een kokosnoot open, drinken het heerlijk sap en eten de hele noot op. We zwemmen en lopen rond in ons blootje, want de dichtstbije mens is minstens 30 km hier vandaan.

Terug aan boord spelen we verder ‘wilde’, bakken 5 hamburgers op ons barbecuetje (de Cobb) en pletten ze vervolgens tussen onze baguettes. Als dessert smelten we marshmallows op een stokje boven de kolen. Opnieuw een topdag.

MOTU OTEPIPI

‘s Anderendaags gaan we verder naar het oosten door het atol. We passeren Motu Mauahatea waar we een paar bungalows zien staan van het Kia Ora Sauvage (speciaal onderdeel van het Kia Ora Hotel, waar ze de gasten op een onbewoond eiland droppen in een bungalowtje). Er is nu helemaal niemand, want het Kia Ora Hotel is in 2010 gesloten voor renovatie.

DSC_0544DSC_0555

We vervolgen onze route langs de kust tot een van de volgende eilandjes: Motu Otepipi. Dat was ooit bewoond. Er staat een kerkje uit de 18de eeuw dat mooi bewaard is gebleven. De ramen en de beelden zijn nog intact, de banken staan nog netjes op zijn plaats en op het altaar ligt nog een gebedenboek in het Polynesisch. Uit alles wat er nog is, maken we op dat de laatste mis hier in het jaar 2000 moet geweest zijn. Dat de boel al 10 jaar lang zo heel is gebleven, zonder vandalisme, zou bij ons ondenkbaar zijn. We wandelen langs een padje achter de kerk verder zuidwaarts door de jungle en komen aan de oceaankant van de Motu uit. Prachtige rotsen zien we daar. We worden er overvallen door een squall en als we in de gietende regen terugkeren naar de andere kant zien we dat de Nest hevig ligt te beuken in de branding. Er is een noordenwind opgestoken en daardoor liggen we hier aan lagerwal. We beuken met de Moo door de branding en maken ons klaar om zo snel mogelijk te vertrekken. Hier is het niet veilig om de nacht door te brengen.

DSC_0558         Crab de Coco, normaal gezien komen ze ‘s nachts uit hun holen om kokosnoten te eten, maar hier hebben
ze blijkbaar niks te vrezen.

MOTU PARAI

We varen 14 mijl verder, naar de noordoostkant van het atol en ankeren er in 7 meter diepte tussen de koralen, zo dicht mogelijk tegen Motu Parai, voor beschutting tegen de noordenwind en de  squalls. Ook hier is geen ziel te bespeuren. We barbecueën nog eens tot groot plezier van de kids, want als dessert mogen ze nog eens marshmallows op een stokje prikken.

DSC_0448DSC_0591

We gaan allemaal vroeg slapen en ‘s anderendaags vroeg gaan we aan land. We kappen een paar kokosnoten uit de bomen, hakken ze open met onze machete, terwijl we zelf zowat opgegeten worden door muggen. Hoe lang moet het geleden zijn dat die mensenbloed gedronken hebben?  We snorkelen terug naar de boot, met Haikes hoofd uit de dinghy achter ons aan. Een black tip haai schrikt zich een hoedje als hij plots vier zwemmers en een hoofd uit een bootje ziet passeren en maakt zich snel uit de vinnen.  Aan boord maken we kokosrotsjes die we bakken op de Cobb.

Vanmorgen werden we wakker van… de stilte. Er was geen zuchtje wind, het leek wel of we op beton lagen.  Geen rimpel in het water.

NAO NAO

DSC_0618 DSC_0616

We varen naar het kleine eilandje Nao Nao in het midden van het atol. Het is uitkijken voor de koraalrotsen die niet op de kaarten staan, dus hijsen we Haïke in de mast en zetten we de jongens op het voordek. Maar goed ook, want we weten zo een bombie (koraalrots tot net onder de oppervlakte van het water) maar net te ontwijken.

In Nao Nao zijn de omstandigheden ideaal om er even voor anker te gaan en errond te snorkelen. Tientallen black tip sharks komen geïnteresseerd kijken naar ons, ze komen dicht. Twee schitterende filmpjes kunnen maken die we zullen uploaden als er internet te vinden is.  We zien een familie white spotted eaglerays (ze zijn ook met vijf en het kleintje bleef heel herkenbaar zo wat achter de rest treuzelen tot de papa hem wat kwam opjagen), en bijzonder veel koraalvissen.  Terwijl we onze spaghetti eten, zwemmen de roggen en de haaien rond de boot. Het lijkt wel of ze willen dat we terug met hen komen zwemmen.

Black Tip Reefshark

Black Tip Reef Shark die ons komt inspecteren.

zaterdag 5 juni 2010

Donderdag 3 juni 2010 en vrijdag 4 juni 20120– Dag 314 en 315 – Rangiroa

Het is uiteindelijk gelukt om het anker los te krijgen in Ahé. We moesten Ward met zijn klikken, klakken en snorkelgerief in het water gooien om ons de weg te tonen tussen de koraalrotsen waar onze ankerketting zich een weg had tussen gewoven. Om 14u30, precies op het doodtij bij laag water, varen we door de pass van Ahé en krijgen zelfs dan nog drie knopen stroom in de rug mee.  Het is 90 mijl varen van het kleinste bezoekbaar atol in de Tuamotus, Ahé, naar het grootste, Rangiroa.

We moeten dus sowieso ‘s nachts varen. Ideale aankomsttijd (gezien het getij) daar was om 8u30 ‘s morgens (tijwissel bij hoogwater daar), dus het mocht heel traag gaan. Enkel met genua op zwalpten we aan 4,5 knopen naar onze nieuwe bestemming.

Het is vreemd hoe dat ook went, traag varen. De sport is nu om precies op het juiste moment van aankomst te mikken. Zoiets houdt een mens wakker ‘s nachts: van die zelf uitgevonden dwangmatige spelletjes. En omdat je daar de hele tijd mee bezig bent, lukt het dan ook. We bereiken ons waypoint voor de Tiputa pas om 8u27 en zetten dan de motor aan. Zelfs nu is het water wild in de pas, het kolkt en golft, maar wanneer Small Nest erdoor vaart voelen we er niks van. Alle moeilijke passages zijn hier mooi bebakend (boeien) en wat later ankeren we zonder probleem in zand en koraal voor het exclusieve Kia Ora Village Hotel.

Ik tik effe een stukje uit het boek “1000 plekken die je écht gezien moet hebben” over:

Rangiroa is de op één na grootste atol van de wereld en bestaat uit 240 met palmen begroeide eilandjes die een ovalen ring van 160 km lengte vormen rond een turkooizen lagune die wel Gods aquarium wordt genoemd.  Het is een favoriete reisbestemming voor snorkelaars en duikers terwijl zwemmers de hele dag in het rustige, alleen door de wind bewogen water zwemmen en zonaanbidders de roze stranden opzoeken. (…) Onverwacht veel stijl en comfort tref je aan in het chique KiaOra Village met tien luxebungalows boven het water, een uitstekend restaurant dat gespecialiseerd is in verse vis en andere zeedieren die in de eigen achtertuin gevangen zijn…   (Zie ook www.hotelkiaora.com)

Bon, daar liggen we dus. In Gods aquarium met ons vrijzinnig Nest.

Na de snorkeltrip van vanochtend moet ik toegeven dat de naam Gods aquarium niet gestolen is. Formidabel is het hier! Je zou er diepgelovig van worden. We varen met de Moo naar een motu (klein eilandje) en maken er vier snorkelstops rond. Eerste snorkelstop ontdek je prachtig koraal en de grootste trompetvissen die we ooit gezien hebben. Tweede snorkelstop zien we vijf kleine black tip sharks. Derde snorkelstop komen er verschillende scholen mooi gekleurde vissen rond ons zwemmen, zo dicht dat we ze kunnen aaien. Bij de vierde snorkeljump worden we beloond met het bezoek van een koppel grote black tip reef sharks. Wij allemaal door het dolle heen. Zelfs Haïke die, met het atol op haar rug, niet mag zwemmen en met haar hoofd in het water uit de dinghy meesnorkelde.

IMGP6591

dinsdag 1 juni 2010

30 en 31 mei 2010 - Dag 309 en 310 - Ahé

Er wonen geen tweehonderd mensen in het dorpje van Ahé.
Een paar straten, een paar huizen, twee kerkjes, twee
winkeltjes, een schooltje, het gemeentehuis en een medisch
postje. Da's al. Internet hebben ze hier niet. Tenzij aan
de andere kant van het atol, in het enige pension.
Anderhalf uur verder, met een speedboot. We wilden er
vandaag met onze Nest naartoe varen, maar er razen continu
squalls over ons heen en dan is de zichtbaarheid niet goed
genoeg om op zicht tussen de koraalchampignons te varen.
Morgen misschien, zeggen we op ons Pacifics. Ondertussen
blijven we op onze honger zitten want we hebben het
filmpje van Man Bijt Hond nog niet kunnen zien, en onze
outbox zit vol met mails die we willen versturen.

Mensen doen hier eigenlijk niets tenzij werken (parels of
copra), van hun paradijs genieten vanuit hun huisje en tv
kijken. Voor de rest gebeurt hier niks. Geen cinema, geen
toneel, geen café… niks. De cultuur is eigenlijk dat er
geen cultuur is. Niemand voelt zich daar slecht over en ze
bekijken ons raar als we vragen of ze dat niet missen.

De kinderen komen elke namiddag, na school, op de kade
spelen, want ze krijgen nooit huiswerk. Sepke, Ward en
Flor integreren zich erg makkelijk bij de kids, ze
volleyballen en zwemmen samen, Sepke maakt met haar nieuwe
vriendinnetjes armbandjes. De kinderen zijn gefascineerd
door de kleur van ons haar, door het haar op onze armen en
de kleur van onze ogen (bij hen zijn er enkel bruine
ogen). Ze verwonderen zich over het dragen van een bikini
(zij dragen hier gewoon hun kleren om te zwemmen), en zijn
helemaal gechoqueerd als we hen vertellen dat er zelfs
monokini- en naaktstranden bestaan bij ons.

Allemaal zijn ze bijzonder geïnteresseerd in ons. Ze
vinden het fantastisch als ze een bezoekje mogen brengen
aan onze boot. Ze vragen, bij het zien van onze kaart,
waar België ligt, hoe de radar werkt, waarom we twee
sturen hebben, waar ons water zit en hoeveel we er hebben,
enz. Vreselijk vonden ze het dat we geen TV hadden.

Ze vroegen aan Haïke wat haar beroep is. Toen ze zei dat
ze psychiater is, zeiden ze: "OK, je bent psychiater,
maar wat doe je dan écht voor werk?".

Ze waren wat bezorgd of we het hier wel tof vonden. Omdat
ze de jachten die hier passeren, nooit meer terugzien. We
leggen het hen uit hoe het komt. Dat rond de wereld zeilen
meestal in 1 richting gebeurt, met de wind mee, dat al die
zeilboten min of meer dezelfde route volgen, hetzelfde
patroon jaar na jaar, dat je hier vanzelf passeert en niet
meer terug kan eens je opnieuw vertrokken bent. We beloven
hen dat we ze nooit meer gaan vergeten. En dat zullen we
echt niet. Zo'n schatjes.